“Flying is hours of boredom, punctuated by moments of stark terror.” Uren van verveling, onderbroken door momenten van pure doodsangst. Chuck Yeager beschreef de alledaagse emoties van het vliegen prachtig.
Jagers kennen dat gevoel ook. Urenlang met een geweer in de struiken liggen, tot het behoedzame hert zich losmaakt uit de bosrand. De stilte die inzet, als hield de hele natuur de adem in. En dan het schot.
Voetbal: zelfde verhaal. Traag voortslepende wedstrijden. En dan opeens die geniale combinatie die voorafgaat aan het geraffineerde doelpunt.
Piloten vechten vaak urenlang achter die ronkende motor tegen de slaap. Om dan gewekt te worden door een krakende radio die – welhaast met leedvermaak – een gemene gusty crosswind aankondigt tijdens de aanstaande landing. Op dat iets te korte baantje, met die verdraaide rotor van rechts.
Die precies gedoseerde voetbeweging die het angstwekkend getraverseerd hangende toestel weer precies recht boven de baan zet. Op één wiel, met één vleugel onder de wind. En dan daar onder je de korte gil van het rubber.
“Hours of boredom.” En toch bevat zelfs dat gezapige vluchtje naar Texel op zondagmiddag meestal wel even die korte flits van paniek: verdomme, die Piper daar op base leg had ik niet gezien! En nu is mijn snelheid aan de lage kant, en ik moet die bocht naar final nog gaan draaien. Sterker nog: die wordt steil, want ben al iets voorbij de baan-as. Even dat momentje van schrik. Gezond, want het zet alle zintuigen op scherp. Moments of terror. Ze zijn er altijd. Gelukkig wel.
Goof Bakker