Motorenfabrikant CFM heeft in 2015 de tienduizendste order voor een LEAP-motor genoteerd. In totaal werden er in 2015 2154 motoren besteld. Dit maakte het bedrijf dinsdag bekend.
CFM bouwde in 2015 1638 CFM56 motoren, die vooral in de A320-serie en de Boeing 737 gebruikt wordt. In 2014 lag dat aantal op 1560. “We zijn blij dat klanten vertrouwen in ons hebben. De CFM56-motoren blijven het goed doen”, aldus Jean-Paul Ebanga, CEO van CFM. Hij verwacht dat het aantal orders voor de LEAP-motor nog verder stijgt als Airbus en Boeing de motoren gebruiken in hun testvluchten. Zowel bij de A320neo-family als bij de B737MAX wordt de LEAP-1 aangeboden als motor.
Uitdaging
Op dit moment heeft CFM een backlog van meer dan 13400 orders. Het totale aantal orders voor de LEAP-motoren, meer dan tienduizend, is samen goed voor 140 miljard dollar, stelt de fabrikant. Ebanga is duidelijk over de doelstelling. “De grootste uitdaging is om die motoren allemaal te bouwen. Ons doel is om iedere LEAP-motor op tijd af te leveren.” In januari werden bij het bedrijf al bijna zeshonderd motoren besteld.
Airbus
Gisteren werd duidelijk dat Airbus de A321neo voor de eerste testvluchten uitrust met LEAP-motoren. De bouwer zou ontevreden zijn met de prestaties van de motoren van Pratt & Whitney.