Lockheed Martin doet er alles aan om de sluiting van de productie van F16’s in Forth Worth in Texas te voorkomen. Maar dan moet er wel snel een nieuw opdracht komen. Dat laat de Amerikaanse bouwer weten, nadat een deal met de Pakistaanse luchtmacht door het Congres in de wacht is gezet.
In Forth Worth wordt op dit moment de productie van 36 toestellen voor de Irakese luchtmacht afgemaakt. Als er geen nieuwe deal komt, dan is het in 2017 afgelopen. “We hebben hoe dan ook een gat in de productie, omdat er geen nog nieuwe toestellen worden afgenomen,” laat Susan Outsz, hoofd van de F16-productie, desgevraagd weten. Het bedrijf schiet nu zelf de kosten voor om de productielijn aan de gang te houden.
Lockheed wacht op goedkeuring van het Amerikaanse congres voor een subsidie van 700 miljoen dollar voor de verkoop van F16’s aan Pakistan. Maar verschillende senatoren hebben bezwaren tegen het nucleaire programma van het land en zouden daarom de subsidie willen blokkeren. In dat geval moet Pakistan volledig zelf voor de kosten opdraaien maar of dat gaat lukken, is onduidelijk.
Lockheed Martin bouwt in Forth Worth al 45 jaar F16’s. Er werden ruim 4500 toestellen afgeleverd aan verschillende landen. Later werd ook de productie naar die landen overgeplaatst; onder meer Nederland (bij Fokker op Schiphol), België, Denemarken en Noorwegen bouwden de F16 onder licentie. De afgelopen jaren werd de markt voor de F16 steeds kleiner, nadat Lockheed begon met de ontwikkeling van de F35.
Welke impact de mogelijke sluiting van de productielijn heeft op landen waar onder licentie de F16 gebouwd wordt, is niet bekend.