Gisterenavond was er een meneer Doorman op de TV. Ging over zijn vaders gezonken slagschip, dat in de Javazee verdwenen is. Letterlijk. Ik denk er het mijne van: ze zijn op de verkeerde plek aan het duiken. Mark my words.
Eergisteren hoorde ik diezelfde meneer spreken op een feestje in Lelystad, ter gelegenheid van de vijfenzeventigste verjaardag van de Nederlandse Catalina. Daar vertelde hij hoe hij als zesjarige een aanval van de Japanners overleefde. Hij zat met zijn moeder ìn zo’n Catalina, terwijl de Japanse jachtvliegtuigen over hem heen raasden. Een zeker zo fascinerend verhaal.
Vijfenzeventig jaar. Driekwart eeuw, sinds ‘onze’ Catalina uit de fabriek in Californië rolde. De bouwers dachten dat het toestel hooguit anderhalf jaar te leven zou hebben. Zo heftig was de oorlog. De Catalina bleef echter vliegend, en drijvend. Wist een Duitse onderzeeër tot zinken te brengen (arme jongens). Werd daarna vliegende brandblusser, en speeltje van een miljonair. Staat nu in een hangar op Lelystad. Genoemd naar de vader van die meneer van de TV. Vliegend gehouden door een groep vrijwilligers, die simpelweg verliefd zijn op het ding.
Ga er eens kijken, en word lid van de club. Dan krijg je als prachtig cadeau een splash-and-go op het IJsselmeer. En dan blijft ze vliegen. Want ze moet Doorman!
Goof Bakker
Lees a.s. zondag een longread over de Catalina op Up in the Sky.