Het Amerikaanse ministerie van defensie laat een onderzoek uitvoeren naar de kosten van de F-35 Joint Strike Fighter en de nieuwe Air Force One. Dit melden diverse Amerikaanse media.
De aankondiging hing al in de lucht: president Donald Trump liet al meermaals zijn onvrede blijken over de hoge kosten voor beide programma’s. Trump wil weten of een gemoderniseerde versie van de F/A-18 de F-35 kan vervangen en of Boeing de Air Force One niet goedkoper kan produceren. Twee reviews van het Pentagon moeten daar nu duidelijkheid over geven.
De review van de F-35 moet uitwijzen of er kosten bespaard kunnen worden op het programma. Tegelijkertijd moeten de eisen van het toestel gelijkblijven. Ook moet er een vergelijking komen tussen de F-35 en de F/A-18E/F Super Hornet van Boeing. Bij de Air Force One wordt gekeken of de functionele eisen op sommige ‘gebieden’ omlaag kan, zoals communicatie, energieopwekking en de koeling aan boord van het toestel.
Voor beide reviews is onderminister Bob Work verantwoordelijk gemaakt. Een woordvoerder van het Pentagon omschrijft de review tegenover Defensenews als een “stap om extra informatie te verzamelen voor het toewijzen van het budget en om de president te informeren over kritische militaire mogelijkheden.”
Boeing
Trump vroeg voor zijn inauguratie al via Twitter aan Boeing of de fabrikant een goedkopere Super Hornet kon ontwikkelen in plaats van de F-35. Ook de Air Force One moet goedkoper, vind Trump. Via Twitter schatte hij de prijs op 4 miljard dollar. Boeing liet na een gesprek met Trump weten dat de nieuwe toestellen goedkoper worden. Of Trump zelf nog in de nieuwe Air Force One zal vliegen, is onzeker. Boeing levert de twee vliegtuigen naar verwachting pas in 2024. Dat zou Trump net redden als hij in 2020 herkozen wordt.