Het parlementaire jaar is nog maar net begonnen en de luchtvaart staat al (weer) pregnant op de agenda. De paringsdans in de kabinetsformatie is in volle gang en het lijkt er vooralsnog niet op dat er een nieuw Kabinet zit voor prinsjesdag. Niettemin vindt er vandaag al een hoorzitting plaats over Schiphol en de toekomst van dit kroonjuweel. Voor de meeste (nieuwe) leden van deze Vaste Kamercommissie een vuurdoop in een dossier dat de gemoederen de komende jaren zal gaan bezig houden en een mooier begin van de leercurve lijkt me niet denkbaar. Gelukkig hebben ze zich de afgelopen maanden al enigszins kunnen oriënteren want aan de komkommertijd in de nieuwsgaring werd ruimschoots inhoud gegeven door het gekrakeel over onze nieuwe nationale trots, de nieuwe tweede luchthaven van Nederland in de polder Lelydorp. U hoort het al als de captain zijn laatste informatie met de vakantiegangers deelt. “Dames en heren (oh shit dat mag ook al niet meer vanwege die gender neutrale onzin) de daling heeft zich inmiddels ingezet en na een klein half uurtje vliegen op 6000 voet landen we op luchthaven “Lily City”. Het moet niet gekker worden. Wel verplicht klappen als de landing succesvol is afgerond, want uiteindelijk gaat het wel om een leisure vlucht.
Het aantal slots dat de eerste tijd beschikbaar komt is om van in je broek te piesen van het lachen maar we moeten serieus blijven, dus dat geef ik op voorhand de Kamerleden ook maar vast mee.
Een reeks van belanghebbenden en experts vertoont vanmiddag zijn of haar kunstje en als we de schriftelijke bijdragen mogen geloven lijkt er weinig consensus over de richting waarop Schiphol zich zal moeten gaan ontwikkelen en welke categorieën luchtvaartmaatschappijen daar de komende jaren invulling aan mogen gaan geven. In het Aldersakkoord van 2008 werd al een voorschotje genomen op een prioritering van het zogenaamde mainport gebonden verkeer, maar “The proof of the pudding is in the eating.”
Pieter Elbers van KLM moet gedacht hebben dat de eerste klap een daalder waard is en opende het vuur afgelopen zaterdag al met een interview in de Volkskrant. Daar kan je lastig om heen. Nijhuis legt in zijn schriftelijke bijdrage aan de parlementariërs nog eens haarfijn uit hoe het allemaal gekomen is en de slot coördinator merkt nog eens fijntjes op dat zij niet is ingehuurd om aan de selectiviteit inhoud te geven. Zij moet “gewoon” en efficiënt schaarse middelen verdelen en (dus) doen wat haar gezegd wordt. De LVNL weet nog niet hoe ze de separatie van luchtverkeersleiding tussen de twee luchthavens precies voor elkaar moeten krijgen, maar ze blijven gelukkig serieus doorwerken aan de problemen. Michiel van Dorst gaat het vanmiddag allemaal uitleggen wat er allemaal zo moeilijk aan is en waarom het zo lang duurt.
“Cargo spreekt, in tegenstelling tot passagiers en omwonenden niet” dus de ACN en de EVO geven – helaas- geen acte de présence. Jammer en een gemiste kans. De buitenlandse cargo operators krijgen echter een groot aantal slots voor het winterseizoen al niet meer toegewezen. Daar zullen een aantal full freighter carriers niet echt blij van worden. Tot nu toe zijn slechts slots toegekend voor 143 van de bestaande 175 wekelijkse vrachtvluchten. De gevolgen op lange termijn zijn vooralsnog niet duidelijk, maar in het verleden hebben we gezien dat de schaarste er toe leidt dat sommige all cargo operators besluiten de wijk te nemen naar buitenlandse luchthavens.
Gelukkig is de zitting van vanmiddag niet één van besluitvormende aard, maar het geeft de politiek wel een goed beeld van de dilemma’s die zijn ontstaan door het succes van de groei van Schiphol en de afspraken die zijn gemaakt met de omwonenden onder leiding van “wethouder Hekking”, de heer Alders. Ik vermoed dat één van de conclusies van de Kamerleden zal zijn dat het Ministerie van Infrastructuur wordt gevraagd haast te gaan maken met het invulling geven aan de selectiviteit van Schiphol leidend tot een verdere versterking van de mainport functie.