Precies vandaag komt het bericht door dat een Nederlander met een Yak-52 omgekomen is in Australië. Via de diverse sociale platforms communiceert vrijwel de hele Nederlandse Yak-community over het ongeval. Tot op heden blijkt niemand de man te kennen.
Welke gedachten zijn er?
Twee. Allereerst: er zijn grote risico’s. Heel grote zelfs. De hele Nederlandse gemotoriseerde light aviation is nog geen vijfentwintighonderd man/vrouw groot. Per jaar is er gemiddeld één dodelijk ongeval. Zet dat eens af tegen een miljoen actieve motorrijders en je komt op vierhonderd doden per jaar. Wat een getal.
Zelf ben ik in pakweg dertig jaar zeven bekenden verloren, waaronder twee vrienden. Chronologisch: Hein Jonkers. Gerry van Oortmarssen. Jur Teernstra. Bert Huizenga en Marlotte Dingemans. Ewald Polinder en Gerard van Eijk.
Wat me altijd fascineert is de enorme discrepantie. Ze komen niet om in de file, en niet op hun werk. Niet in hun slaap, niet vallend van ladders tijdens het schoonmaken van de dakgoot. Niet tijdens de afwas of tijdens een familiefeestje.
Nee, het zijn momenten van ongebreidelde euforie, van opperste verrukking. Vliegen! De passie, de hartstocht, vaak de grootste van het leven. Op een prachtige dag één zijn met het uitspansel, vliegend, vol van verrukking, in een prachtige machine. Dan is hij opeens daar: Magere Hein.
Goof Bakker
Lees meer in Piloot&Vliegtuig, op www.goofbakker.nl, www.upinthesky.nl, en afgelopen dinsdag NRC/Handelsblad & NRC Next over Catalina en Dakota’s.