De passagiers verlaten via de vliegtuigtrap het vliegtuig. Op het platform staan de bussen op hen te wachten om hen naar de terminal te brengen. Het was vanochtend vroeg en koud toen we vertrokken uit Amsterdam, maar hier in Boekarest schijnt een heerlijk zonnetje en ik voel in ene een golf van geluk. Mijn collega en ik staan achterin het vliegtuig en wensen de laatste passagiers een prettig verblijf toe.
De zon lokt en terwijl ik naar het platform en de bus beneden aan de trap kijk, zie ik de passagiers als sardientjes in een blik op elkaar gepropt in de bus staan. Ineens krijg ik een ingeving. ‘Kom op’, zeg ik tegen mijn collega. ‘Eens kijken of we de mensen kunnen laten lachen!’. Ik stap uit het vliegtuig op het plateau van de trap en begin uitgebreid te zwaaien. Geen wuif van koninklijke huize, nee, nee….een wuif waarbij je je af gaat vragen of de zwaaier nog wel serieus te nemen is. Een brede lach op het gezicht, arm gestrekt in de lucht en eerst met een wiebelend handje start ik mijn zwaai. En ja! De eerste passagiers spotten mijn zwaaiende hand en steken een timide handje op. Ik ervaar dit als een gemiste kans, dus ik doe er een flinke schep bovenop. Mijn doel is nog lang niet bereikt.
Ik sta nu boven aan de trap met twee armen in de lucht uitgebreid te wuiven, te zwaaien en te roepen. ‘Bye! Bye! Have a great day!!’ En ja hoor, ik word gespot en meer passagiers beginnen terug te zwaaien. Mijn collega begint er nu ook de lol van in te zien en in ons zwaaigedrag bereikt onze teamspirit een nieuw hoogtepunt. We hebben zelf de grootste lol, maar het resultaat is dat het gros van de passagiers lachend en zwaaiend snel hun armen binnenboord steken, wanneer de buschauffeur uiteindelijk de deuren sluit en de weg naar de luchthaven vindt.
Momenteel zijn de vliegtuigen relatief leeg. En alleen het idee van opgepropt in een bus zitten met een lading mensen die je niet kent, laat staan weten wat ze onder de leden hebben, lijkt nu haast een idee van vroegere tijden.
Maar de behoefte om naar elkaar te gaan zwaaien, is groter dan ooit. En zwaaien mag. We breken er geen enkele regel mee. De behoefte aan humor, de behoefte aan teamspirit, de behoefte om te verbinden met andere mensen (zelfs als je de mensen niet kent), de behoefte aan uitgelatenheid en positiviteit lijkt momenteel een bodemloze put die maar niet gevuld kan raken.
‘Wil je gelukkig zijn? Maak dan iemand anders gelukkig!’ De passage van Napoleon Hill schiet door mijn hoofd. En ik realiseer me hoe waar dat is. Richt je op anderen, niet op jezelf. Breng licht naar de wereld, zodat het licht uiteindelijk ook jou zal verwarmen. Dien anderen, zodat je zelf geluk mag ervaren.
Surfend op Linkedin en social media valt me de positieve levenshouding van de stewards en stewardessen op. De veerkracht en flexibiliteit dat cabine personeel laat zien door hun inzetbaarheid in de zorg, in het onderwijs, in vrijwilligerswerk en corona teststraten, bewijst mij dat de wijze waarop cabine personeel weet te verbinden in de lucht, nu een kracht van hen mag zijn voor de mensen op de grond. Binnen de cirkel van invloed waarop men negatief zou kunnen zijn, waarop men het hoofd zou kunnen laten hangen en de focus legt op de eigen behoefte, spanning en angst, valt mij op hoe positief, daadkrachtig en werkend in teamspirit het cabine personeel zich keer op keer laat zien en uit.
In tijden van grote veranderingen, zoals de tijden die wij nu doormaken, blijft menselijk contact een constante. En laat menselijk contact en verbinden nu eens een kracht zijn van de mensen die uit de lucht nu (tijdelijk) op de grond staan. Ik zie hen naar u wuiven. Op allerlei manieren. Wuift u terug?
Deze column is geschreven voor Up in the Sky door Renske Dragt, auteur van het boek ‘Love is in the air’ dat via de website loveisintheair.nu te verkrijgen is.
Pre-order nu: schaalmodel van de gloednieuwe KLM A321neo
Nu te bestellen in de webshop! Let op: limited edition.