De Europese Commissie heeft zijn vraagtekens gezet bij een plan van de Oostenrijkse regering om een minimumprijs van 40 euro in te voeren voor vliegtickets.
Minimumprijs
In ruil voor financiële steun werden veel luchtvaartmaatschappijen het afgelopen jaar gepresenteerd met ‘groene’ voorwaarden. In Oostenrijk kondigden de ‘Groenen’, een van de coalitiepartijen, een plan aan om een minimumprijs voor vliegtickets in te voeren van 40 euro. Hiermee zou het aanbieden low-cost-tickets in de praktijk onmogelijk worden.
Onrechtmatig
Of het minimumtarief er daadwerkelijk komt is echter nog maar zeer de vraag. De Europese Commissie heeft zich er bezorgd over uitgelaten. Het plan van Oostenrijk is mogelijk in strijd met Europese regelgeving. Volgens een belangrijke Europese regeling uit 2008 staat het luchtvaartmaatschappijen namelijk vrij om hun eigen tarieven te bepalen.
De Europese Commissie wil daarom graag meer details zien. “De Commissie steunt maatregelen die de luchtvaart, en de transportsector in het algemeen, groener maken, als deze verenigbaar zijn met de regels van de interne markt,” zo zegt een woordvoerder van de Commissie tegen persbureau Reuters.
Verkapte staatssteun
De kritiek op het Oostenrijkse plan houdt daar echter nog niet op. Volgens de regering is het plan ingestoken vanuit het oogpunt van duurzaamheid. Critici stellen echter dat de maatregel in wezen een vorm van protectionisme is. Op hetzelfde moment dat het minimumtarief afgelopen jaar werd geïntroduceerd ontving Austrian Airlines namelijk 600 miljoen euro aan staatssteun. Deze maatschappij zou weinig last hebben van de minimumprijs, aangezien het gros van haar tickets toch al boven dit tarief wordt verkocht.
Naast een minimumtarief werd ook nog eens een nieuwe vliegbelasting ingesteld. In plaats van een taks die afhankelijk is van de lengte van de vlucht geldt er nu een vast tarief van 12 euro per vlucht. Ook deze maatregel raakt vooral de goedkope, korte vluchten. Op langere vluchten is Austrian Airlines de belangrijkste Oostenrijkse maatschappij.
De vraag die op tafel ligt is of de combinatie van maatregelen een vorm van verkapte staatssteun vormen. Zowel de financiële steun, het hoge minimumtarief en de vlakke vliegbelasting zijn namelijk gunstig voor één maatschappij: Austrian Airlines. Andere, met name goedkope vluchtaanbieders worden hard geraakt. Naast protectionisme is er dus mogelijk ook nog sprake van een concurrentieverstoring.