Het was nog de tijd van de dienstplicht. Iedere jongeman werd opgeroepen om gekeurd te worden. Daar kon je ook zeggen of je bij de landmacht, de luchtmacht of de marine wilde. In de praktijk kwam het erop neer dat je bijna altijd bij de landmacht terecht kwam. Tegelijk met de keuringsoproep kreeg je een fraaie, in vier kleuren gedrukte folder met vliegtuigen, wolken en dappere piloten toegestuurd. Maar die was voor mij niet nodig, ik had al eerder besloten dat ik vlieger wilde worden.
Deze bijdrage is voor Up in the Sky geschreven door Frederik Zorn, auteur van het boek ‘Duizelingwekkend’ dat via de webshop van Up te bestellen is voor slechts €16,95 inclusief verzending!
Misschien was het begonnen op het sportveld van de HBS (het hedendaags Atheneum) waar ik mee moest doen aan een of ander balspel. Die bal kwam natuurlijk net op het moment dat ik omhoog staarde naar de condens strepen van een vliegtuig, en ik bedacht wat voor toestel dat zou kunnen zijn. Helaas, ook tijdens andere lessen dwaalden mijn gedachten vaak af. De Rijksluchtvaartschool was voor mij dan ook geen optie. Ik wilde een gratis vliegeropleiding van de Luchtmacht.
De Indië-periode was net voorbij, we hoefden daar dus niet meer naartoe. Vrijwillig kon je, nadat je was goedgekeurd, kiezen om in Korea of in Nieuw-Guinea te gaan vechten. In Korea vochten hoofdzakelijk Amerikanen tegen de communistische dictatuur, zoals ze ook in Europa vrijheidslievende mensen hadden gesteund. In Nieuw-Guinea lagen de zaken heel anders. De Koninklijke Olie was bezig daar naar olie te zoeken, en er was geen sprake van Indonesische onderdrukkers en zielige Papoea’s.
Vechten was niet zo zeer mijn ding; ik koos er voor mijn leven op het spel te zetten door straaljagerpiloot te worden.
Omstreeks die tijd kwamen de eerste Engelse Gloster Meteors aan. Dat was een nieuw type vliegtuig, waar, om ze veilig te maken nog heel wat aan gesleuteld moest worden. Zo had het eerste type Meteor geen schietstoel. Als er wat mis was met de motor, dan kwam je er niet uit, en had je dus niets aan je parachute. Tweezitters bestonden nog niet, dus als je een beetje overweg kon met een propellervliegtuig, mocht je op het vliegveld in je eentje wat gaan taxiën met zo’n straaljager, en als je zin had en voldoende moed had verzameld, kon je er mee de lucht in, en met een snelheid van 900 km/u gaan vliegen.
Dagblad de Tijd beschreef in april 1947 de passage van een Britse straaljager boven het strand van Scheveningen:
Als een bliksemschicht kwam het rode schroefloze vliegtuig plotseling uit de lucht vallen, en voor men zich goed en wel realiseerde wat er gebeurde, was de Gloster Meteor, die betrekkelijk laag over het strand vloog, reeds voorbij. Het geluid was eerst daarna hoorbaar: een snerpend lawaai, dat velen ontstelde. Het was een haast verbijsterende gewaarwording, dit vliegtuig, dat een topsnelheid van 1000 kilometer per uur kan bereiken, door de lucht te zien klieven.

Die koude januaridag in 1952 was het eindelijk zo ver. Ik was geslaagd voor de psychotechnische testen, en was door de vlieg- medische keuring gekomen. Ik moest een verbintenis van 3 jaar aangaan, omdat ik minderjarig was, moest ook mijn vader die ondertekenen.
En nu stond ik voor een nieuwe beproeving. Ik moest weer naar school namelijk de Luchtmacht instructie en Militaire Opleidingenschool, en die was gevestigd in de Krayenhoffkazerne in Nijmegen, een somber gebouw uit 1904. Aan het gebouw was niets veranderd of gemoderniseerd. Zo bestond het toilet, de latrines genoemd, uit een lange rij hokjes, afzonderlijk van de kazerne, zonder deur. Op een plank met een rond gat kon je plaats nemen. Zeker in de winternacht was de tocht daarheen geen sinecure.
Al spoedig na onze aankomst werden we naar ‘het Magazijn voor Kleeding en Nachtleger’ gestuurd. Daar moesten we onze slaapzak met stro vullen, en die naar de grote slaapzaal (chambré) brengen. Er waren daar ijzeren bedden boven elkaar, en een klein kastje voor je spullen. In het midden stond een grote kolenkachel. Ook moesten we naar een uitdragerij, het domein van de foerier, om een oud slecht passend uniform, ondergoed en sokken, die wellicht al door vele jongeren waren gedragen, te krijgen. Ook een loodzwaar geweer, naar men zei nog uit de Boerenoorlog, werd toegevoegd aan onze uitrusting.
Wordt vervolgd.
Ik vind het fantastisch! Het is zeg maar een historische roman, maar dan wel één propvol met prachtige historische informatie. Goed geschreven ook nog eens. De zinnen volgen elkaar op in grote harmonie, dat maakt het lezen een plezier, geen inspanning.Bob Mulder, Emeritus Professor Dr. Ir. Lucht- en ruimtevaarttechniek TU Delft, over het boek ‘Duizelingwekkend’
-
Boek Duizelingwekkend€16,95