Commerciële luchtvaartmaatschappijen kregen het bevel mensen uit Afghanistan te evacueren. Hoe is dat mogelijk in de Verenigde Staten?
Naast de C-17-vloot die Amerika naar Afghanistan stuurde, gaat het land nu ook commerciële vliegtuigen inzetten om mensen te evacueren. In totaal wil minister van Defensie Lloyd J. Austin III achttien vliegtuigen van zes verschillende maatschappijen hiervoor in gebruik nemen. Het gaat om vier machines van United Airlines, twee van Hawaiian Airlines en van American Airlines, Atlas Air, Delta Air Lines en Omni Air wordt verwacht dat ze elk drie toestellen ter beschikking stellen.
Ondanks de verplichte inzet van deze commerciële luchtvaartmaatschappijen, denkt het Pentagon niet dat dit grote gevolgen heeft voor de organisatie van reguliere vluchten. Vanwege het coronavirus is de vraag naar lange vluchten nog steeds erg laag. Atlas Air vliegt bijvoorbeeld met een Boeing 767 en United Airlines met een 777, toestellen die luchtvaartmaatschappijen vooral gebruiken voor langeafstandsvluchten.
Veel mensen nog in Afghanistan
De machines zijn nodig omdat er nog veel Amerikanen (en mensen met andere nationaliteiten) vastzitten in Afghanistan. Het aantal mensen dat het land onmiddellijk wil ontvluchten was vele malen groter dan het aantal vliegtuigstoelen dat beschikbaar was. Mensen kwamen vorige week massaal het platform van Kabul Airport op om een plekje in een van de evacuatievliegtuigen te bemachtigen.
Het is echter niet zo dat de door het Pentagon opgeëiste toestellen naar de luchthaven van Kabul vliegen. De mensen worden eerst geëvacueerd naar Amerikaanse bases in Bahrein, Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten. Van daaruit vliegen zij met bovengenoemde luchtvaartmaatschappijen naar landen in Europa en de Verenigde Staten.
Programma met commerciële vliegtuigen
Nu is de vraag: waarom kan het Ministerie luchtvaartmaatschappijen bevelen? Dit is allemaal opgenomen in de Civil Reserve Air Fleet (CRAF), een programma dat ontworpen is om het ministerie van Defensie (DOD) te voorzien van commerciële vliegtuigen in tijden van nood. Het programma is economisch aantrekkelijk omdat het ministerie over deze toestellen kan beschikken zonder ze te hoeven kopen en te onderhouden in het dagelijks leven wanneer er niets aan de hand is. Ditzelfde geldt voor personeelskosten.
Ondanks dat het Ministerie niet voor de kosten hoeft op te draaien, stelt het daar wel iets tegenover. Zo biedt het DOD via de International Airlift Services luchttransportactiviteiten aan in tijden dat er geen sprake is van calamiteiten. Een voorbeeld hiervan is dat luchtvaartmaatschappijen de mogelijkheid hebben om DOD-charters uit te voeren.
Het gegarandeerde deel bedroeg in 2005 418 miljoen dollar. Het Air Mobility Command (AMC) meldde dat het plan was om in 2005 juist meer dan 1,5 miljard dollar aan extra opdrachten te gunnen buiten het gegarandeerde deel.
Derde keer geactiveerd
De CRAF is voor de evacuatievluchten voor de derde keer in de geschiedenis geactiveerd. De CRAF werd realiteit op 15 december 1951 na de luchtbrug in Berlijn tijdens de Tweede Wereldoorlog. Mr. Austin activeerde toen fase 1 van dit programma. Sindsdien maakte het DOD twee keer gebruik van de CRAF. De eerste keer tijdens de Perzische Golfoorlog in augustus 1990 tot mei 1991. De tweede keer tijdens de oorlog van Irak, van februari 2002 tot juni 2003. En nu, iets minder dan twintig jaar later, voor de derde keer.