Wat in 1966 begon als de Nederlandse Luchtvaart Maatschappij (NLM) met een klein binnenlands netwerk, groeide uit tot het KLM Cityhopper dat we vandaag de dag kennen. Vandaag viert de KLM-dochter haar 55e verjaardag. Tijd om de geschiedenis eens in te duiken.
Voordat de NLM werd opgericht tuigde KLM al twee keer eerder een binnenlands netwerk op: vóór de Tweede Wereldoorlog en erna. Financieel bleek dat echter geen succes. Na verlaging van de tarieven op binnenlandse routes met maar liefst vijftig procent stegen de passagiersaantallen weliswaar hard, maar dat leverde nog steeds geen winst op. Hierop volgde het besluit de stekker uit het binnenlandse netwerk te trekken.
Gewaagde stap
In de zestiger jaren keerde het tij. De industrialisatie van het noorden en zuiden van Nederland en de bevolkingstoename in die gebieden, maakten snellere verbindingen met het westen – en daarmee Schiphol – aantrekkelijker. Nadat er enige tijd proefvluchten werden uitgevoerd om de vraag te onderzoeken waagde KLM in 1966 de stap om de Nederlandse Luchtvaart Maatschappij op te richten. Dat resulteerde in het opzetten van twee vluchtlijnen: de noordelijke lijn voerde via Enschede naar Groningen en de zuidelijke via Rotterdam en Eindhoven naar Maastricht. Initieel bestond de vloot van de NLM uit twee van de Koninklijke Luchtmacht gehuurde Fokker F27 Friendships die naar civiele toestellen waren omgebouwd. Het personeelsbestand telde 22 mensen: 21 mannen en één vrouw, de secretaresse van de directeur.
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/09/1966-NLM-op-Eelde-1024x1024.jpg?resize=514%2C514&ssl=1)
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/09/1966-NLM-op-Eelde-1024x1024.jpg?resize=514%2C514&ssl=1)
Op 29 augustus 1966 werden vanaf vliegbases Eelde en Beek de eerste vluchten naar Schiphol uitgevoerd, al wordt 12 september als officiële oprichtingsdatum aangehouden. Het eerste halfjaar van de NLM viel niet tegen: in het jaarverslag sprak de directie van een ‘bevredigend resultaat’. De gemiddelde bezettingsgraad op de vluchten naar het noorden lag op 46 procent. De zuidelijke lijn moest het in het eerste halfjaar met 35 procent doen.
De voornaamste doelgroep van de binnenlandse vluchten waren vanzelfsprekend de zakelijke reizigers, zij hadden immers de grootste behoefte aan snelle verbindingen. KLM wilde echter nog een andere groep aanspreken: de jeugd. Met de NLM moest het ook voor jongeren mogelijk zijn kennis te maken met de luchtvaart. Door naast lijnvluchten ook rondvluchten te organiseren bereikte NLM niet alleen dit doel in de loop der jaren, veel Nederlandse ouderen beleefden eveneens via deze weg hun luchtdoop.
Voor- en tegenspoed
In de jaren na de oprichting zat er langzaam maar zeker verbetering in de resultaten van de NLM. Er volgde uitbreiding van de vloot naar vier Fokker F27’s, waarna het netwerk verder kon groeien. Zo werd er vanuit Eindhoven naar Hamburg gevlogen en vanuit Groningen naar Eindhoven. Toen de NLM in 1976 tien jaar bestond volgde toevoeging van de naam ‘Cityhopper’ om zich in het buitenland duidelijk te kunnen onderscheiden.
Een zwarte dag in het bestaan van NLM Cityhopper was 6 oktober 1981 toen bij Moerdijk een Fokker F28 Fellowship verongelukte. De machine kwam boven het Hollandsch Diep in een zeer zware actieve windhoos terecht met krachten waarop geen enkel verkeersvliegtuig is berekend. Hierdoor brak een vleugel van het toestel af, waarna het stuurloos werd en neerstortte. Alle zeventien inzittenden kwamen om het leven. Op de grond bezweek een brandweerman die het ongeluk zag gebeuren aan een hartaanval. Op de plaats van het ongeluk is een plaquette aangebracht en op de Nieuwe Oosterbegraafplaats in Amsterdam staat een monument dat aan de crash herinnert.
![](https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/0/00/Monumentterna.gif)
![](https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/0/00/Monumentterna.gif)
Route naar volwassenheid: KLM Cityhopper
In de zeventiger en tachtiger jaren breidde het netwerk van NLM Cityhopper zich rap uit. Vanuit de regionale Nederlandse luchthavens en vanaf Schiphol werden vluchten naar diverse Europese bestemmingen uitgevoerd. Op de Amsterdamse luchthaven ontwikkelde de maatschappij zich langzaam maar zeker tot een zogeheten ‘feeder’ voor overstappers op Schiphol.
Met de overname in 1988 door KLM van ‘Netherlines’ dat vanuit Rotterdam naar verschillende regionale bestemmingen in en rond Nederland vloog, kwamen NLM en Netherlines onder één management te vallen. Samenvoeging van de beide dochterbedrijven volgde met de geboorte van KLM Cityhopper B.V. in 1991 als resultaat. Datzelfde jaar nam KLM tevens een belang van 14,9 procent in ‘AirUK’, destijds de op twee na grootste luchtvaartmaatschappij van het Verenigd Koninkrijk. Het doel was tweeledig: een betere aan- en afvoer op Schiphol bevorderen en een groter stempel drukken op het intra-Europese luchtvervoer.
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/09/Fokker-70.jpg?resize=788%2C529&ssl=1)
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/09/Fokker-70.jpg?resize=788%2C529&ssl=1)
Mijlpaal: 1 miljoen passagiers
In het boekjaar ’91-’92 waarin de naam NLM Cityhopper officieel overging in KLM Cityhopper (KLC), bestond het netwerk uit 36 bestemmingen en werden er ruim 1 miljoen passagiers vervoerd. Wat de vloot betreft was het tijd voor een update: de Fokker F27’s hadden het einde van hun levenscyclus bereikt waarmee de opvolger, de Fokker 50 in dienst kwam. Van de laatste ‘Friendship’ waarmee alles zo’n 26 jaar eerder was begonnen, werd in 1992 afscheid genomen.
In de jaren erna volgde verdere uitbreiding van de capaciteit, met als grote klapper de komst van de Fokker 70. Ter vervanging van vier F28’s werden er maar liefst tien van de later iconische Fokker 70’s aangeschaft. KLC had op dat moment drie typen Fokkers in gebruik: de F50, F70 en F100. Het eerste grotere broertje van de F70, de F100, voegde zich in 1989 al bij de blauwe vloot. Een van deze machines kreeg de toepasselijke registratie ‘PH-KLC’.
Brits avontuur
Inmiddels vielen de afdelingen marketing, verkoop en netwerkplanning van KLM Cityhopper onder de vleugels van KLM. KLC functioneerde verder echter als zelfstandige dochter binnen de KLM Groep. KLM breidde haar belang in Air UK ondertussen langzaam maar zeker uit. Uit kostenoverwegingen werden de verkooporganisaties van Air UK in het Verenigd Koninkrijk en Italië met die van KLM samengevoegd. In 1998 nam KLM Cityhopper AirUK uiteindelijk over en ontstond voor een periode van vijf jaar KLM UK, dat later opging in KLM Cityhopper. Het Engelstalige cabine- en cockpitpersoneel ging samenwerken met het Nederlandse personeel. Tot op de dag van vandaag is dat het geval.
![](https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/2/24/KLM_uk_BAe_146-300_KvW.jpg)
![](https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/2/24/KLM_uk_BAe_146-300_KvW.jpg)
© Konstantin von Wedelstaedt (GFDL 1.2 or GFDL 1.2), via Wikimedia Commons
Vlootvernieuwing van KLM Cityhopper
De uitbreidingen pakten goed uit voor KLM Cityhopper en in 2006 bestond de vloot uit maar liefst vijftig Fokker-toestellen: twintig Fokker 100’s, 21 Fokker 70’s en veertien Fokker 50’s. Het aantal Europese bestemmingen was toegenomen tot ruim 45 en per jaar werden er inmiddels vijf miljoen passagiers vervoerd. De noodzaak tot capaciteitsgroei en het einde van de levensduur van de Fokkers betekende echter ook dat langzamerhand van dit Nederlandse product afscheid moest worden genomen.
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/09/2003-Cityhopper-machines-op-commuterplatform.jpg?resize=788%2C556&ssl=1)
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/09/2003-Cityhopper-machines-op-commuterplatform.jpg?resize=788%2C556&ssl=1)
Binnen vier jaar vond een grote vlootvernieuwing plaats waarbij de keuze viel op de Braziliaanse vliegtuigbouwer Embraer. KLC koos voor de E190, een toestel met plaats voor honderd passagiers. De E190 trad daarmee in de directe voetsporen van de Fokker 100, al was het brandstofverbruik van de slanke Embraers wel beduidend lager. Twee Fokker 100’s in KLC-livery kunnen overigens nog in Nederland worden bewonderd: op het Panoramaterras van Schiphol en in het Aviodrome, Lelystad.
In november 2008 arriveerde de eerste KLC-blauwe Embraer in Amsterdam. De E190 bleek een succes: na de aankomst van de eerste drie toestellen volgde algauw de bestelling van nog eens zeven stuks. Daarnaast liet het besluit niet lang op zich wachten om nog een ander type van Embraer naar Nederland te halen: de E175. In eerste instantie drie stuks van de wat nieuwere en zuinigere variant: de E175+. Dit vliegtuig is iets kleiner dan de E190 en wordt ingezet op bestemmingen waar de vraag iets lager is.
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2017/09/KLM_Fokker_F70.jpg?resize=788%2C484&ssl=1)
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2017/09/KLM_Fokker_F70.jpg?resize=788%2C484&ssl=1)
Op 28 oktober 2017, een datum die bij veel luchtvaartliefhebbers in het geheugen gegrift staat, viel voor de Fokker-toestellen in de KLC-vloot definitief het doek. Met een laatste reeks van zes commerciële vluchten nam de blauwe familie afscheid van de laatste Fokker 70’s en kwam er een einde aan de 97-jarige samenwerking tussen KLM en Fokker.
De vlootvernieuwing die in het eerste decennium van de eeuw werd ingezet, is daarmee echter nog niet voltooid. Duurzaamheid is de belangrijkste drijfveer in de vlootstrategie van KLC en KLM: vlootvernieuwing en CO2-reductie gaan hand in hand. In februari 2021 werd de eerste Embraer E195-E2 verwelkomd. Dit nieuwste vliegtuig is een stuk stiller, zuiniger en een maatje groter dan de oudere Embraers. Bovendien is het type uitgerust met speciale sfeerverlichting, ergonomisch ontworpen stoelen, USB-aansluitingen en grotere bagagebakken. Inmiddels vliegen er vier E2’s in de vloot van KLC, wat het totaal op 53 Embraers brengt. Daar komen dit jaar nog drie toestellen bij, en gespreid over de komende jaren zal het aantal E2’s oplopen tot 25.
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/02/landingschiphol.jpg?resize=788%2C526&ssl=1)
![](https://i0.wp.com/www.upinthesky.nl/wp-content/uploads/2021/02/landingschiphol.jpg?resize=788%2C526&ssl=1)
KLM Cityhopper: een volwassen bedrijf
Even terug naar het begin: in eerste instantie waren de medewerkers van NLM gedetacheerd vanuit KLM, maar later werden dat ‘echte’ NLM’ers. In 1976 kreeg het bedrijf een eigen stewardessenkorps, al dekt die term de lading niet helemaal. Het ging hier uit een combinatie van ‘contactemployee’ op de grond en stewardess in de lucht: degene die je incheckte zag je dus later terug in het vliegtuig.
In de loop van 55 jaar groeide de NLM van een kleine maatschappij met slechts 22 personeelsleden en twee gehuurde F27’s uit tot een volwassen bedrijf met een vloot van 53 toestellen. Met tachtig bestemmingen neemt KLM Cityhopper tegenwoordig een groot deel van alle Europese vluchten in het KLM-netwerk voor haar rekening. Voordat de coronacrisis begon stapten er jaarlijks acht miljoen passagiers in de Cityhoppers. Vanwege de crisis als gevolg van de coronapandemie zitten die aantallen er momenteel niet in, maar het herstel komt voor KLC toch sneller dan verwacht. KLM Cityhopper wist gebruik te maken van haar krachten: de kleinere toestellen, het fijnmazige Europese netwerk en het sterke aanpassingsvermogen waar de maatschappij vroeger, nu en in de toekomst op kan leunen.
Met speciale dank aan KLM.
-
Product in de uitverkoopKLM-staart op houten voetstukOorspronkelijke prijs was: €34,95.€24,95Huidige prijs is: €24,95.