OR Tambo International Airport bij Johannesburg, een van de drukste luchthavens van Afrika, heeft een tekort aan vliegtuigbrandstof. Oorzaak is het noodweer begin april in Kwazulu Natal, een provincie in het oosten van Zuid-Afrika.
Een deel van de spoorweg waarlangs de luchthaven van Johannesburg met kerosine wordt bevoorraad is weggevaagd gedurende uitzonderlijk zware regenval in april. Afgelopen maand arriveerden daardoor slechts elf van de 67 treinen, en het herstel van de spoorverbinding neemt nog zeker een maand in beslag.
JNB in de knel
Eind april had OR Tambo International Airport genoeg brandstof voor drie à vier dagen, waar zeven dagen als standaard gehanteerd wordt. Begin mei werd daarom gesuggereerd dat brandstof gerantsoeneerd zou worden. Een onafhankelijke deskundige vertelde News24 dat de situatie inmiddels nijpend is. Qantas zou op zijn route van Johannesburg naar Sydney een tussenlanding moeten maken in Durban om bij te tanken. En Lufthansa en British Airways zouden óf in Windhoek, óf in Durban moeten bijtanken voor hun intercontinentale vluchten. Die vliegbewegingen zouden leiden tot pakweg drie uur extra reistijd.
Dezelfde bron stelde ook dat luchtvaartmaatschappijen is verzocht om naar Johannesburg te vliegen met maximaal gevulde tanks, zodat op OR Tambo zo weinig mogelijk hoeft te worden bijgetankt. Starten en landen met extra beladen toestellen op deze hooggelegen (1600m) luchthaven heeft echter weer een negatief effect op de vliegveiligheid.
Niets aan de hand?
De Zuid-Afrikaanse minister van Vervoer, Fikile Mbabula, noemt het brandstoftekort ‘geen ontwrichting’. In een verklaring afgelopen week stelde de bewindspersoon dat ‘een technische tussenlanding om brandstof aan te vullen’ de bedrijvigheid niet verstoort. Hij staat daarmee lijnrecht tegenover de voorzitter van de Raad van Internationale Luchtvaartmaatschappijen in Zuid-Afrika (BARSA), George Mothema, die het brandstoftekort een ramp noemt. Niet alleen leidt het tot uren vertraging, ook is onduidelijk wie opdraait voor de extra landingsgelden en luchthavenbelastingen.
De situatie illustreert dat de grootste luchthaven van Zuid-Afrika voor kerosine afhankelijk is van één aanvoerlijn – de haven van Durban – en dat deze afhankelijkheid de luchthaven uiterst kwetsbaar maakt. Een deskundige voor luchtvaarttransport van de Universiteit van Johannesburg, dr. Vermooten, wijst op alternatieven: de haven van Richardsbaai (150 kilometer ten oosten van Durban) en Walvisbaai (Namibië) kunnen hiervoor makkelijk worden ingericht.
Omleiding
Het Ministerie van Vervoer, Luchthavenbeheerder ACSA (Airports Company South Africa) en BARSA proberen elkaar momenteel het brandstoftekort op JNB in de schoenen te schuiven. Dit is enigszins curieus te noemen, aangezien de werkelijke oorzaak gelegen is in een natuurramp van ongekende omvang.
ACSA onderzoekt intussen de mogelijkheid om de dieselpijpleiding van de haven van Durban naar Sasolburg – 100km ten zuiden van OR Tambo luchthaven – in te zetten. De pijpleiding moet eerst gereinigd worden, om kerosine te kunnen vervoeren. Volgens BARSA-voorzitter Mothema kan dat half mei klaar zijn en kan op 16 mei de brandstofvoorraad op JNB weer tot twintig miljoen liter zijn aangevuld.
Het Ministerie van Vervoer hoopt dat de spoorverbinding tussen Durban en de luchthaven van Johannesburg op 9 juni zover is hersteld dat daarover weer brandstoftreinen kunnen rijden. Ondertussen dempt de Covid-pandemie de gevolgen van de verstoring van de brandstofvoorziening. Was de vraag naar kerosine op OR Tambo Airport voor de pandemie zo’n 10 miljoen liter per dag, nu is dat ongeveer 2,3 miljoen liter.
Unieke kans: win een proefles elektrisch vliegen!
Kom op 5 april langs bij E-Flight Academy op Teuge Airport en maak kans op een proefles elektrisch vliegen.
