Ron Louwerse, directeur van Rotterdam The Hague Airport, wekte woede op nadat hij aangaf af te zien van een eventuele krimp van de luchthaven.
Net zoals Schiphol is het mogelijk dat het Zuid-Hollandse vliegveld moet gaan krimpen. In een motie die in 2019 in de gemeenteraad aangenomen werd stond dat een krimpscenario altijd nog op tafel ligt. Rotterdam The Hague Airport (RTM), maatschappijen en bewonersgroepen gingen met elkaar in gesprek over de toekomst van de luchthaven. Die laatste partij stapte dit jaar uit het overleg omdat ze zich niet gehoord voelden. Louwerse liet in een eerder interview met het Algemeen Dagblad weten dat er wel degelijk iets met hun inbreng gedaan werd, maar dat zo’n groep niet voor iedere bewoner in de omgeving van het vliegveld kan spreken.
Kritiek op uitspraak
In dat interview gaf de directeur van RTM eveneens aan dat de opdracht van de raad om een krimp te onderzoeken hem ‘nooit formeel heeft bereikt’. “Ze kunnen dat toch zelf ook onderzoeken?”, kaatste hij de bal terug. Die uitspraken schoten bij de gemeenteraad in het verkeerde keelgat. Een leugen, noemde René Segers-Hoogendoorn, fractievoorzitter van het CDA, de uitspraken. Wethouder Judith Bokhove had ervoor moeten zorgen dat de boodschap van de gemeenteraad aankwam bij Louwerse. “Ik heb niet de indruk dat zij met de vuist op tafel slaat”, reageert Segers-Hoogendoorn.
Waarde Rotterdam The Hague Airport
Daarnaast liet Louwerse weten dat de luchthaven geen ‘zakelijk vliegveld’ is. Die term bestaat volgens de directeur überhaupt niet. “Ja, vliegvelden waar je alleen kleine zakenjets laat landen. Maar dan is deze luchthaven niet rendabel meer?”, vroeg hij zich af. In de ogen van Segers-Hoogendoorn is er weinig bewijs dat de luchthaven veel waarde toevoegt. “Ze zeggen steeds dat het vliegveld van enorme economische waarde is en krimp onwenselijk, maar laat dat dan maar eens zien”, stelt de CDA’er.