Russische luchtvaartmaatschappijen hebben problemen met de verzekering van hun vloot. De nationale verzekeringsmaatschappij van Rusland weigert naar verluidt de risico’s af te dekken die ontstaan door gebrekkig onderhoud aan vliegtuigen, zo meldt zakenkrant Kommersant.
Sinds eind februari is het, wegens sancties van de Europese Unie en de Verenigde Staten, verboden om onder meer vliegtuigonderdelen te exporteren naar Rusland. Gelet op het feit dat Russische maatschappijen grotendeels met Europese Airbussen en Amerikaanse Boeings vliegen, is het vrijwel onmogelijk geworden om al het noodzakelijke onderhoud aan vliegtuigen uit te voeren. Zeker op de middellange termijn zal het exportverbod naar verwachting een grote impact op de operationele vloot van de Russische airlines hebben.
Niet alleen de EASA maakt zich daarom zorgen over de veiligheid van in Rusland gestationeerde vliegtuigen, ook staatsverzekeringsmaatschappij RNRC is kritisch. In het voorjaar werden de verzekeringsvoorwaarden van de toestellen nog niet herzien. Inmiddels loopt de contracttermijn van veel verzekeringspolissen echter af, en worden Russische maatschappijen geconfronteerd met ‘pogingen om de verzekeringsdekking aanzienlijk te beperken’. In eerste instantie zou het daarbij gaan om de uitsluiting van inbeslagnames van vliegtuigen, maar inmiddels zouden ook eventuele ongevallen ten gevolge van gebrekkig onderhoud niet meer onder de verzekeringsdekking vallen.
Voor onder meer Aeroflot en UTair betekenen de nieuwe voorwaarden van de staatsmaatschappij een verdere bemoeilijking van het in de lucht houden van de vloot. De airlines die hun toestellen moeten herverzekeren zullen een risicoafweging moeten maken: óf ze kiezen ervoor deze risico’s zelf te dragen, óf er zal een (vermoedelijk hoge) premie betaald moeten worden voor de extra dekking. S7 Airlines heeft laten weten dat het in juni al een nieuwe verzekeringsdeal heeft weten te sluiten, al wil het bedrijf geen details kwijt. Mogelijk heeft het de overeenkomst te maken feit dat de onderhoudstak van S7, anders dan bijvoorbeeld Aeroflot, al beschikt over een ‘ontwikkelaarscertificaat’ waarmee het zelf reserveonderdelen voor de vliegtuigen mag ontwikkelen. De aanvragen van Aeroflot en UTair voor eenzelfde certificaat zouden nog in behandeling zijn bij luchtvaartautoriteit Rosaviatsia.