De komende jaren zal het Nederlandse luchtruim anders ingedeeld worden. De provincies Utrecht en Gelderland zitten daar niet op te wachten.
De herschikking van het luchtruim staat al enkele jaren op de agenda. Er is meer ruimte nodig voor militaire vluchten met de F-35. Het militaire oefengebied in het zuidoosten van Nederland wordt opgeheven, terwijl dat gebied in het noorden juist vergroot wordt. De aanvliegroutes van Schiphol ondervinden daar eveneens gevolgen van. Momenteel komen toestellen Nederland binnen via de Noordzee voor de kust van Noord-Holland, Rotterdam en Lelystad. Volgens de nieuwe indeling zal de komende jaren tevens via het zuidoosten van de provincie Utrecht of het zuidwesten van de provincie Gelderland binnenkomend verkeer naderen. Vliegtuigen krijgen door de nieuwe indeling meer ruimte om later te dalen en het zou moeten resulteren in minder brandstofgebruik en geluidsoverlast.
Kritiek op indeling
Daar is Han van Staveren het niet mee eens. Hij woont in Elst (Utrecht) en is van mening dat de geluidsoverlast juist toeneemt. In totaal zouden 42.000 vliegbewegingen per jaar plaatsvinden boven de twee provincies. ‘Dat zijn 120 per dag. En het ministerie kan wel beweren dat die vliegtuigen om dorpen en natuurgebieden heen zullen gaan, maar dat gaat gewoon niet, als je ze in rechtstreekse lijnen naar Schiphol wilt laten vliegen’, vult hij aan tegenover RTL Nieuws. Klaas Wagenaar, inwoner van Wageningen (Gelderland), sluit zich aan bij Van Staveren. ‘Met het nieuwe naderingspunt komen er 120 aankomende vliegtuigen bij, op 2 à 2,5 kilometer hoogte. Dat is ergerlijk en vind ik persoonlijk niet leuk.’
Provincies willen duidelijkheid
Hoe de routes er de komende tijd specifiek uit gaan zien, is volgens Mark Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat, nog niet bekend. Utrecht en Gelderland willen in ieder geval snel opheldering. ‘Wij vinden het belangrijk dat bij de vervolgonderzoeken de effecten op de grond, rekening houdend met de functie aard en omvang van “nieuwe gehinderden” voor het gebied tot en met de vierde Fix in kaart worden gebracht. Alleen op basis van een project-MER kan een verantwoorde keuze gemaakt worden voor de nieuwe routes’, aldus de provincie Utrecht in een brief die vorig jaar naar het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat gestuurd werd.