Schiphol wil komende meivakantie 86.000 passagiers per dag vanaf de luchthaven laten vertrekken. Niet iedereen is te spreken over dat streven.
Het grootste vliegveld van Nederland kampt immers nog steeds met personeelstekorten kampt. Afgelopen zomer stelde Schiphol al maxima om de situatie op de luchthaven beheersbaar te houden. In juli mochten daardoor maximaal 67.500 passagiers er gebruik van maken, terwijl dat aantal een maand later op 72.500 lag. In september en oktober stelde Schiphol opnieuw limieten. In de meivakantie ligt dat aantal dus nóg hoger.
Dick Benschop, voormalig topman van Schiphol, zei al dat er een ‘stijgende lijn’ in het aantal beveiligers zat. De luchthaven organiseerde diverse banenmarkten waar nieuw personeel geworven werd. Nu gaat zij nog een stapje verder met de introductie van een ‘agressieve en gecoördineerde wervingscampagne’, aldus het actieplan dat ingezien is door Financieel Dagblad. De werving die centraal plaatsvindt in plaats van via vijf beveiligingsbedrijven, zal drieduizend sollicitanten moeten opleveren waarvan 822 daadwerkelijk aan het werk gaan. Halverwege januari volgend jaar is een weegmoment. Dan verwacht de luchthaven driehonderd beveiligers al aangenomen te hebben. Indien de resultaten tegenvallen, worden alsnog maatregelen genomen om de hoeveelheid reizigers te reduceren.
Sceptisch
Het optimisme van Schiphol stuit echter op kritische reacties. Hoewel Marnix Fruitema, voorman van belangenorganisatie BARIN, het plan ‘hoopvol commitment’ noemt, zet hij er vraagtekens bij. ‘Schiphol is de afgelopen tijd als werkgever aantrekkelijker geworden. Zo kregen beveiligers in oktober een loonsverhoging van 2,50 euro per uur. Maar het is eerst zien, dan geloven’, aldus Fruitema bij De Volkskrant. Daarnaast is het volgens Joost van Doesburg, FNV-bestuurder, niet zo makkelijk als het lijkt. ‘Wij horen van onze leden dat het aantal beveiligers dat vertrekt, even hoog is als het aantal collega’s dat instroomt. Als je de uitstroom niet onder controle krijgt, verandert eronder aan de streep niet zo veel’, licht hij toe.