Vandaag diende het kort geding van KLM en andere maatschappijen en luchtvaartorganisaties tegen de Staat over de krimp van Schiphol. Update: de uitspraak in het kort geding volgt op vrijdag 7 april.
Begin maart kwam naar buiten dat KLM, Transavia, easyJet, Corendon, Delta Air Lines en TUI de Nederlandse staat voor de rechter slepen in verband met de voorgenomen krimp van Schiphol van 500.000 naar in eerste instantie 460.000 vliegbewegingen. Ook enkele luchtvaartorganisaties, waaronder de IATA, hebben zich gevoegd in het geding. Volgens deze partijen is de krimp onacceptabel en onterecht. De overheid weegt volgens hen geen alternatieve oplossingen mee, zoals vlootvernieuwing. Met name KLM-topvrouw Marjan Rintel pleitte daarvoor aangezien de nieuwe zuinigere toestellen van Airbus eind 2023 de huidige Boeing 737-vloot gaan vervangen. De luchtvaartmaatschappij vulde aan dat de krimp ‘onnodig en schadelijk’ is en ‘in strijd met nationale, Europese en internationale regelgeving’.
Tijdens het pleidooi stelden de tientallen advocaten die tijdens de zitting aanwezig waren centraal dat er geen ‘balanced approach’ is gehanteerd door de overheid. Volgens hen zou de staat eerst een doel moeten hebben formuleren voor het terugdringen van de geluidshinder van Schiphol. Aan de hand daarvan moet gekozen worden voor de meest proportionele maatregelen om dat doel te bereiken. Pas als die onvoldoende blijken, zou kunnen worden gekozen voor capaciteitsreductie. Echter, doordat belangrijke berekeningen ontbreken en de balanced approach-procedure pas eind dit jaar is afgerond, is onduidelijk voor welke proportionele en alternatieve maatregelen de overheid gekozen zou kunnen hebben. Volgens de advocaten van de betrokken partijen zou daar eerst naar moeten worden gekeken, alvorens met een ‘botte bijl’ het aantal vliegbewegingen omlaag te brengen.