Experts voorspelden enkele jaren geleden dat het wegvallen van de Boeing 757 – zonder dat er een opvolger werd gepresenteerd – een uitstekende kans zou bieden voor het succes van de Airbus A321. De recente bestelling van zeventien A321’s door Iceland Air, een luchtvaartmaatschappij die tot dusver enkel Boeing-toestellen in gebruik heeft, is het meest recente bewijs dat deze voorspelling werkelijkheid is geworden.
Frequente bezoekers van Schiphol die denken aan een Boeing 757 stellen zich waarschijnlijk een versie voor in het kleurenschema van Iceland Air. Jarenlang was deze luchtvaartmaatschappij een grootgebruiker van Boeings grootste narrow body-vliegtuig. Echter, door de aankoop van dertien A321XLR’s en een leaseovereenkomst voor vier A321LR’s, komt hier verandering in. De eerste geleasede A321LR is gepland in 2025 te gaan vliegen en de eerste A321XLR wordt verwacht in 2029.
A321 wordt dominant
Het aantal geleverde Airbus-vliegtuigen over 2022 toont aan dat het grootste model van de A320-familie goed verkoopt. Over het hele jaar was de A321 zelfs het meest geleverde vliegtuig van Airbus, terwijl dit voorheen het domein was van de kleinere A320. En dit jaar lijkt het verschil tussen de twee populairste modellen alleen maar groter te worden. Tot dusver zijn er 546 bestellingen voor de A321 geplaatst, tegenover 390 voor de A320.
Wat betreft het totaal aantal leveringen lijkt dit jaar ook gunstig uit te pakken voor Airbus. In de eerste zes maanden van 2023 zijn er 316 vliegtuigen afgeleverd, waarvan 147 A321’s, een groei van zes procent ten opzichte van vorig jaar. Het aantal in juni geleverde vliegtuigen was met 72 zelfs twintig procent hoger dan de zestig leveringen in juni vorig jaar.
Narrow bodies winnen terrein
De groeiende vraag naar narrow body-vliegtuigen met een groter bereik past in een wereldwijde trend om met relatief kleine vliegtuigen steeds verder te kunnen vliegen. Zo kan de kleinste Airbus, de A220, non-stop vliegen tussen de oost- en westkust van de Verenigde Staten, en wordt het mogelijk met een narrow body de Atlantische Oceaan over te steken.
Vroeger had men een wide body Airbus A330 of Boeing 767 nodig om non-stop van Europa naar Noord-Amerika te vliegen, maar nu kan dat met een A321 narrow body. Omdat dit laatste model slechts één gangpad en dus een smallere romp heeft, kan er kostenefficiënter worden gevlogen dan met de grotere types met meerdere gangpaden. Het meest recente voorbeeld hiervan op Schiphol is de komst van de met A321’s opererende Amerikaanse luchtvaartmaatschappij jetBlue.
Boeing probeert met de 737 MAX ook een deel van deze markt te veroveren, maar is daarin nog niet zo succesvol als Airbus. De MAX met het verste bereik is op dit moment de MAX 7 die een afstand van 7.100 kilometer kan overbruggen. Dit is beduidend minder dan de 8700 kilometer van de A321XLR. Er zijn plannen ook long-range modellen voor de 737 MAX te produceren, maar daarvan zijn op dit moment alleen nog concepten bekend.