Een Airbus A321 van Aeroflot was genoodzaakt een tussenlanding te maken in Sint-Petersburg toen de druk in de cabine wegviel. Enkele reizigers raakten in paniek.
Het toestel, registratie RA-73709, steeg dinsdagmiddag op van Kaliningrad Airport als Aeroflot-vlucht SU1003 naar de luchthaven van Moskou Sheremetyevo. Na een halfuur vliegen over de Oostzee, ten westen van het Estse eiland Saaremaa, werd een verlaging van de druk in de cabine geconstateerd. De piloten deden een 7700-noodmelding en begonnen snelheid te verminderen.
In negen minuten daalde het vliegtuig vervolgens ongeveer 7,3 kilometer. Ook kwamen naar verluidt ook de zuurstofmaskers in de cabine tevoorschijn. Sommige passagiers raakten in paniek en begonnen, met maskers op, reddingsvesten te openen. Het cabinepersoneel gaf daartoe overigens geen instructie, aldus een ooggetuige. Het toestel landde uiteindelijk ruim een uur later op de luchthaven van Sint-Petersburg. Alle 188 passagiers en acht bemanningsleden bleven ongedeerd.

Uitwijken
In dergelijke situaties wijken vluchten soms uit naar de dichtstbijzijnde luchthaven. In dit geval was dat Tallinn Airport of Stockholm Arlanda Airport. Vanwege de Westerse sancties mogen Russische vliegtuigen het Europese luchtruim daarentegen niet betreden. In noodsituaties ‘vervalt’ de maatregel tijdelijk zodat een machine veilig kan landen. Het zou voor Russische toestellen wel lastiger kunnen zijn om een Europees land vervolgens te verlaten. Schuldeisers zouden namelijk beslag kunnen leggen op een gestrand vliegtuig.