Voor het eerst sinds het Alaska Airlines-incident in januari heeft Boeing het voor elkaar gekregen om een relatief groot aantal 737 MAX-toestellen te produceren. Met 34 stuks bereikt de vliegtuigbouwer bijna de limiet die door de FAA is opgelegd.
Na het incident met de 737 MAX 9 van Alaska Airlines, waarbij een deurpaneel tijdens de vlucht loskwam, legde de Amerikaanse luchtvaartautoriteit Boeing een leveringslimiet op. De vliegtuigfabrikant mag maximaal 38 MAX-toestellen per maand produceren. Sinds het begin van het jaar lukte het – te midden van een hele reeks op te lossen productieproblemen – niet om in de buurt van de limiet te komen wegens allerlei problemen in en rondom de productielijnen. Juni is positiever gestemd voor Boeing: afgelopen maand rolden er 34 MAX-machines van de band.
In de maand juni als geheel leverde het bedrijf 44 toestellen af aan luchtvaartmaatschappijen. Voor het merendeel ging het om 737 MAX-toestellen. Verder werden een aantal 777F’s, een paar 787’s en twee militaire toestellen afgeleverd. Daarmee komt Boeing in het eerste halfjaar op een totaal van 175 overgedragen toestellen. Concurrent Airbus zit tegelijkertijd al op 323 machines in dit jaar.
Een flink aantal minder
Ten opzichte van de afgelopen maanden mag Boeing er dan wel een stuk meer afgeleverd hebben, het is vooralsnog een flink aantal minder dan het jaar ervoor. In juni 2023 lukte het de Amerikaanse vliegtuigbouwer om zestig toestellen van de band te krijgen. Daarmee kwam Boeing na de eerste zes maanden van vorig jaar op een totaal van 266 toestellen. Het aantal afleveringen is in het huidige jaar daarmee 27 procent lager ten opzichte van vorig jaar.