Rood, groen en blauw: dat zijn binnen de Nederlandse luchtvaart van oudsher de kleuren van Martinair, Transavia en KLM. Het logboek van Willem Raap met als ondertitel De vrije vliegenier vormt een weerslag van een klein stukje ‘rode’ luchtvaartgeschiedenis.
‘Willem Raap is eigenlijk Henk van Dijk en Marie is zijn vrouw Ria’, legt auteur Herman Mateboer in de proloog uit. ‘Aan gezien ik Henk van Dijk een vrij standaard Nederlandse naam vond besloot ik hem tot Willem Raap te dopen. Kort, bondig en catchy.’ Niet dat Herman die verhalen zelf ooit uit de mond van Henk optekende, dat werd gedaan door Gerrit de Jong, die eveneens werkzaam was in de luchtvaartwereld maar dan op Schiphol bij Operations. Dat gebeurde echter in een nogal feitelijke stijl, vandaar dat Herman gevraagd werd de verhalen ‘wat meer context te geven’. Herman, die zelf vele jaren achter de stuurknuppel zat waarvan de meeste bij Martinair, herkende wel het een en ander in de anekdotes: ‘We waren als Mac-vliegers allemaal van dezelfde lap gescheurd.’
Geen pilotenmateriaal
In de eerste anekdote wordt algauw duidelijk waarom van diezelfde lap gescheurde jongens er tijdens de selectieprocedure bij de Rijksluchtvaartschool in Eelde al uitvlogen: ‘Tussen de selectieonderdelen door had hij (Willem; LK) veel tijd over die hij doorbracht met liggen op bed in de slaapbarak, trekkend aan een peuk. Tegen beide (in)activiteiten werd zeer negatief aangekeken door de schoolleiding.’ Er ‘schortte veel aan zijn zelfdiscipline en respect voor regels’. Op Willems weerwoord dat hij zich ‘te pletter verveelde’ volgde het onverbiddelijke besluit dat hij zich thuis verder kon gaan vervelen. ‘Raarrrrr!’, aldus de auteur dat in Willem geen pilotenmateriaal werd gezien. Alhoewel Willem de selectie wel doorkwam voor een opleiding tot jachtvlieger meende de leiding van de ‘jettrainercursus’ dat ‘het met zijn vliegkunsten wel goed zat, maar dat er toch serieus iets schortte aan zijn houding.’ Wat voor houding dat was? Mijn bevinding na lezing van het eerste hoofdstuk: een combinatie kwajongensstreken en stoer mannengedrag. Echter wel geheel passend bij de wilde vaart die het ‘de ballen uit de broek vliegen’ bij de rode maatschappij maar al te dikwijls inhield.
Kippenhokken, varkensschuren en bidkapellen
Wat eenmaal bij Willem in zijn kop zat, zat absoluut niet in zijn kont. Terwijl hij op Schiphol-Oost een cursus volgde om verkeersleider te worden, haalde hij zijn sportvliegbrevet. En toen kwam er dat telefoontje van Martin’s Air Charter, het latere Martinair, dat hij per direct kon beginnen met een opleiding tot copiloot op de DC-3. Niet alleen met de evolutie van de luchtvaart ging het razendsnel, ook met Willems carrière. Anekdotes uit de tijd waarin hij op de bok zat van respectievelijk de DC-3, Convair 640, DC-9, DC-8, Airbus A310, DC-10 en MD-11 passeren de revue. Een aantal daarvan is ronduit vermakelijk, zoals over de gevonden oplossing toen in de Dakota een magneet van de linkermotor er de brui aan had gegeven. Of over Murphy die de A310 pakte met als gevolg dat voor passagiers en bemanning onderdak gezocht moest worden op Kreta ‘tijdens de absolute piek van het seizoen, de zomervakantie, wanneer elke hotelkamer bezet is. Bed & Breakfasts, jeugdhostels, kippenhokken, varkensschuren en bidkapellen: de hele santenkraam werd ingeschakeld om de ruim tweehonderd mensen te huisvesten.’
Verhalen versmelten
Liefhebbers van de DC-10 en MD-11 zullen zeker plezier beleven aan de hoofdstukken die aan deze driepitters zijn gewijd met hun ‘ontegenzeglijk stoere en gespierde uitstraling met die grote motor in de staart’. Spannend is het verhaal over motor 2 waar de vlammen uit spoten. Als een ware klucht pakt het verhaal uit over Willems steeds weer uitgestelde vakantie vanwege de mannetjes met een bordje die de flight crew opwachtten in de aankomsthal. Alhoewel menig vlieger ‘een liefdesverhouding’ heeft ‘met alles wat met vleugelprofielen te maken’ heeft, vormt het geschipper ‘op het water met een verticaal stel vleugels dat zijn boot voorwaarts dreef’ een niet passend onderdeel in het logboek van Willem Raap. Interessant weer is het kijkje dat de lezer wordt verschaft in hoe Martin Schröder zijn bedrijf runde. ‘We hebben een legende gemaakt en beleefd door samen op te trekken in die karavanen’, verwijst Herman Mateboer tot slot naar ‘de zilveren ketting’ van ‘tweemotorigen, driemotorigen, viermotorigen, zuigermotoren, straalmotoren’ (…) ‘Als die rode sjaal en die blauwe uniformjas elkaar weer eens tegenkomen dan versmelten de verhalen van de karavanen. Dan gloeien de lichten van de zielen als vuurvliegjes samen sterker’, mijmert hij tot besluit over een tijd waarin ‘niet alles was dichtgespijkerd met regels, ver weg van betutteling, toen lef loonde.’
Opbrengst voor Stichting Hoogvliegers
Met de columns die hij lange tijd schreef voor Luchtvaartnieuws en de bijdragen die hij leverde voor het boek Martinair MD-11 Aviation Legend, bewees Herman Mateboer al eerder een bevlogen tekstschrijver te zijn met een heerlijk vlotte pen. Martin Leeuwis Publicaties is de uitgever van Het logboek van Willem Raap. ‘Sinds 1982 worden er boeken met luchtvaarthumor en cartoons in eigen beheer uitgegeven, maar eerst alleen in de luchtvaarttaal bij uitstek: het Engels’, aldus de website Luchtvaartverhalen. ‘Er zijn nu al 30+ boeken gepubliceerd (!) en Martin Leeuwis is wereldwijd toonaangevend op dit gebied. (…) Sinds enkele jaren zijn er echter ook boeken in de Nederlandse taal. Deze boeken bevatten korte luchtvaartverhalen, of zoals in Veilig gevlogen cartoons’. Wat deze meest recente uitgave van Martin Leeuwis Publicaties duidelijk maakt, is dat er niet gewerkt is met een eindredacteur. Dat is jammer, maar als je een oogje dichtdoet wat betreft taalkundige onvolkomenheden, is de uitgave voor liefhebbers van de Nederlandse luchtvaart goed voor paar uurtjes leesplezier. En dat niet alleen. De opbrengst van het boek gaat namelijk naar de Stichting Hoogvliegers. Dat betekent dus dat het ook goed is voor het nodige vliegplezier van zieke en gehandicapte kinderen die voor één dag piloot mogen zijn.
HET LOGBOEK VAN WILLEM RAAP
De vrije vliegenier
Herman Mateboer
Soft cover | 128 pagina’s | enkele zwart-witfoto’s
ISBN 9 78 94 90 00 08 284 | Uitgeverij Martin Leeuwis Publicaties
2024 | € 14,95