Sinds het begin van de oorlog in Oekraïne staat een Antonov An-124 geparkeerd in Toronto, Canada. Met een nieuwe rechtszaak wil Volga-Dnepr, de Russische maatschappij waarvan het toestel is, nu geldelijke compensatie van Canada afdwingen.
De Antonov An-124 met registratienummer RA-82078 staat nog altijd werkloos op de internationale luchthaven van Toronto. Ondertussen lopen de parkeerkosten voor de luchtvaartmaatschappij op tot in de honderden duizenden dollars. Bovendien is de An-124 het middelpunt van een diplomatiek conflict geworden, omdat de Canadese regering het toestel in juni 2023 in beslag nam met de bedoeling het aan Oekraïne te overhandigen. Dit is een gevolg van Canadese sancties tegen Volga-Dnepr, aangezien de vrachtmaatschappij de Russische regering steunt.
Niet de eerste rechtszaak
Rusland reageerde woedend op de inbeslagname. Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Moskou noemde het ‘cynisch’, ‘schaamteloos’ en ‘niets minder dan diefstal’. Sindsdien probeert de luchtvaartmaatschappij op alle mogelijke manieren haar An-124 terug te krijgen. Nu wil Volga-Dnepr met een nieuwe rechtszaak ook een aanzienlijke schadevergoeding van Canada.
Eind vorig jaar diende de maatschappij een eerste aanklacht in tegen de Canadese regering, waarbij ze de federale rechtbank verzocht de sancties tegen haar ongeldig te verklaren. Er volgde echter geen actie. In augustus van dit jaar liet Volga-Dnepr schriftelijk weten dat het juridische stappen tegen de Canadese regering wil ondernemen wegens de inbeslagname van de Antonov An-124 door Ottawa.