Marjan Rintel, CEO van KLM, onderstreept het belang van KLM en Schiphol voor de Nederlandse economie.
Vandaag de dag is de mogelijke krimp van Schiphol nog altijd het gesprek van de dag. In 2022 leek de luchthaven te moeten krimpen, maar een jaar later ging de krimp naar aanleiding van een kort geding van KLM (voorlopig) de ijskast in. Bovendien heeft Nederland met de PVV, VVD, NSC en BBB een nieuwe regering die de plannen weer mogelijk kan omgooien. Aan de andere kant zijn er nog steeds partijen, waaronder milieuclubs, die een krimp proberen aan te vechten. Kortom: de kogel is nog lang niet door te kerk.
Over de grens
Rintel verwacht dat mensen door (de krimp en) de vliegbelastingen eerder over de grens zullen kijken om vanaf andere luchthavens, waaronder bijvoorbeeld Brussels Airport, Münster Airport en Düsseldorf Airport, te vertrekken. ‘Schiphol en KLM vormen één van de fundamenten van de economie. Laten we ook kijken naar de bijdrage van dat netwerk voor al die internationale bedrijven in Nederland. Burgemeester Halsema zei drie jaar geleden nog: als het goed gaat met KLM, gaat het goed met Amsterdam’, zegt de KLM-topvrouw in een interview met De Telegraaf.
Andere knooppunten
De concurrentie van andere hubs voor Schiphol (en KLM) is echter moordend. Delta Air Lines dreigde in 2022 naar aanleiding van de mogelijke krimp de luchthaven in te ruilen voor Parijs Charles de Gaulle. Naast de Franse luchthaven is er nog een aantal vliegvelden in de wereld die als knooppunten dient en de potentie heeft om (overstap)passagiers van Schiphol af te snoepen. Dat laatste wordt door sommige politieke partijen aangemoedigd, al kan Rintel zich daar niet in vinden. ‘Ik vind dat er te makkelijk over dit soort onderwerpen wordt gepraat. We zijn vergeten hoe de rest van de wereld kijkt naar het bestemmingennetwerk dat we hier hebben neergezet’, stelt de CEO van KLM.