Niet al te lang geleden kwam het voormalig regeringsvliegtuig, een Fokker 70, terug vanuit Australië naar Nederland. De machine verlaat ons land weer en vertrekt naar Afrika. De huidige eigenaar gaat met het toestel mee.
Kris Bleyenberg van Airline Technical Support uit Hulst kocht de oranje Fokker halverwege juli van het Australische Alliance Airlines. Die maatschappij kocht de machine in 2018 van de Staat der Nederlanden. Het toestel kwam na een lange reis aan op vliegbasis Woensdrecht waarna Bleyenberg een grondig inspectieproces startte. Hij zegt tegenover Omroep Zeeland dat ‘dit het moment was voor onderhoud’. Inmiddels heeft de Zeeuw het voormalig regeringsvliegtuig verkocht aan het Keniaanse Skyward Express, waaraan hij eerder ook al een Fokker aan de man bracht. Het Keniaanse bedrijf wil het oude regeringsvliegtuig inzetten voor chartervluchten, ook als VIP-toestel. ‘Ze gaan vluchten aanbieden van vier tot vijf uur in die regio’, vertelt hij tegenover de omroep.
Liefhebbers hoeven niet bang te zijn dat het toestel in een hoekje belandt. De Fokker 70 blijft in dezelfde staat met haar kenmerkende oranje strepen, KBX-registratie en zélfs het koninklijk wapen. Volgens Bleyenberg past de Fokker goed in het Keniaanse landschap wegens de hoge motoren. Tevens is de machine in staat vanaf korte startbanen te vertrekken. De Zeeuw gaat er hoogstpersoonlijk voor zorgen dat het voormalig regeringsvliegtuig in goede staat blijft. Hij en zijn team zitten namelijk in Kenia en hij blijft het toestel dus zelf verzorgen.
‘Hebbedingetje’
Behalve het onderhoud, behoudt Bleyenberg ook de eerste aankooprechten op de oranje Fokker. Volgens de Zeeuw is dat om te voorkomen dat het vliegtuig ergens in een hoekje belandt. ‘Het vliegtuig is nu te goed om te laten staan en de waarde is nog te groot om het naar een museum te brengen’, vertelt hij. ‘Mochten ze er ooit weer vanaf willen, kunnen wij het nog terugkopen. Wie weet is het dan het moment om het naar een museum te brengen.’ Direct na zijn oranje aankoop in juli vertelde Bleyenberg tegenover de NOS dat het toestel ‘te duur is om als hebbedingetje te hebben’ en dat hij het daarom wel moest verkopen.