“Zo, dat is lekker!” dacht ik nog, terwijl ik mijn rooster checkte. Stand-by dienst vandaag. Mooi rustig zeg: het weer is goed, dus geen vertragingen. Waarschijnlijk geen telefoontjes om te komen vliegen, dus dat wordt de hele dag naar het strand vandaag. Maar helaas, pindakaas. Terwijl ik nét mijn tortilla aansnijd, ontvang ik een sms.
Tegelijkertijd zie ik een notificatie op mijn iPad binnenkomen. Geen korte, relaxte vlucht, nee nee. Ik mag binnen een uur op het vliegveld staan voor een enkeltje als passagier naar Prestwick. En daar houdt het niet op. Vanuit Prestwick vlieg ik een kist zelf naar Edinburgh – zonder passagiers, met een vliegtijd van slechts twintig minuten. En alsof dat nog niet genoeg is, raast storm Bert als een wervelwind met zestig knopen door Schotland.
Plichtsgetrouw meld ik me aan het vliegtuig. ‘Ready to go?’, vraag ik de cabinecrew, die me begroet met een blik die boekdelen spreekt. Ook zij zijn niet enthousiast over de weersomstandigheden aldaar. Eenmaal in de lucht boven Engeland, zie ik vanuit het raam een front naderen. Bliksemschichten verlichten de wolken, als waarschuwing voor wat komen gaat.
De daling wordt ingezet. Ik voel de windstoten steeds sterker tegen het toestel beuken, en de cabine vervalt van rumoer in een ijzige stilte. Iedereen weet: dit wordt geen comfortabele landing. De cabinecrew wordt gesommeerd te gaan zitten, wat altijd een subtiel teken is dat het serieus wordt.
Bam. Met een flinke dreun raken de wielen de baan. ‘Yes, we zijn er’, zeg ik opgelucht tegen mijn buurman. Maar wat hij niet weet is dat mijn werkdag nu pas begint. Straks moet ík dit kunstje zelf flikken. In een licht toestel, vliegend zonder passagiers noch luchtvracht. Grimmige condities die je zenuwen flink op de proef kunnen stellen.
Nog geen uur later zit ik zelf achter de controls. ‘Cleared for take-off’, klinkt door mijn koptelefoon. Vol gas gaan we met horten en stoten de lucht in. Gelukkig is het vliegtuig zo licht als een veertje, en schieten we als een raket door de donderwolken. Dat viel best mee, nu alleen nog even landen in Edinburgh…
Nog geen twintig minuten later naderen we de landingsbaan, die we haaks aanvliegen door de verzengende crosswind van meer dan dertig knopen. Het opschuimende zeewater verraadt de onstuimige condities aan de grond. Focussen nu. Adem in, adem uit. De stilte in de cockpit wordt enkel nog doorbroken door het gekletter van de regen, felle instructies van de verkeersleiding en de dreunende windstoten.
Touchdown, zegt mijn collega naast me met een opgeluchte grijns: ‘Gekkenwerk, maar we staan.’ Taxi graag! Eenmaal in het hotel plof ik neer op mijn bed en zet de televisie aan. Wat speelt er? The Beach, met Leonardo DiCaprio. Toch nog naar het strand geweest vandaag.