Vrijdagochtend 29 november voerden de autoriteiten op Schiphol een alcoholcontrole uit. Daarbij bleek dat drie bemanningsleden van buitenlandse luchtvaartmaatschappijen de wettelijke alcohollimiet voor luchtvaartpersoneel hadden overschreden.
Tijdens de controle op Schiphol, uitgevoerd door het Team Luchtvaarttoezicht in samenwerking met de Koninklijke Marechaussee, werden tussen 7.00 en 10.00 uur in totaal 445 bemanningsleden getest. Drie van hen bleken niet te voldoen aan de strenge alcoholnormen die gelden voor luchtvaartpersoneel.
De overtredingen betroffen medewerkers van buitenlandse luchtvaartmaatschappijen. Een steward testte een alcoholpromillage van 0,24, net boven de wettelijke limiet van 0,2 promille. Hoewel de overschrijding gering was, kreeg hij een boete van 275 euro. Een vrouwelijke collega op dezelfde vlucht had echter een veel hoger alcoholgehalte in haar bloed: 1,43 promille, ruim zeven keer de toegestane hoeveelheid. Zij werd beboet met 1.900 euro. De derde overtreder was een stewardess van een andere luchtvaartmaatschappij, die met 1,30 promille ook fors boven de limiet uitkwam. Haar werd een boete van 1.800 euro opgelegd.
In juni vorig jaar vond ook een dergelijke controle op Schiphol plaats. Toen werd een stewardess betrapt met een promillage van 0,55. Hiervoor ontving zij een boete van 859 euro.
Volgens de Nederlandse luchtvaartregelgeving is alcoholgebruik binnen tien uur voorafgaand aan een vlucht verboden, en geldt een maximaal toegestane bloedalcoholwaarde van 0,2 promille. De regel is ingesteld om de veiligheid van passagiers en bemanning te waarborgen.