Delta kan zich niet vinden in de woorden van Pieter van Oord, topman van Schiphol, dat de luchtvaartmaatschappij in geval van krimp ‘uit de voeten kan’.
Door de mogelijke reductie van het aantal jaarlijkse vluchten van 478.000 vliegbewegingen zal Delta als een van de hofleveranciers op Schiphol slots moeten inleveren. Dat staat echter haaks op het luchtvaartverdrag tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie. Daarin staat vast dat luchtvaartmaatschappijen onbeperkte toegang tot Nederland hebben. Met de krimp komt die in het geding en kan het voor sommige Amerikaanse maatschappijen zelfs het geval zijn dat toegang volledig ontzegd wordt, zoals het voor JetBlue eerder dreigde uit te pakken.
Brief aan Nederlandse overheid
Delta drong er dan ook op aan bij de Nederlandse overheid om het krimpplan te herzien. De luchtvaartmaatschappij is van mening dat ons land een ‘onjuiste’, ‘onredelijke’ en ‘discriminerende’ inbreuk wil doen op de internationale luchtvaartverdragen. ‘We dringen er bij u op aan om een pad van mogelijk hardere strafmaatregelen van de Amerikaanse regering te vermijden’, aldus een brief van Delta aan Barry Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat. Delta dreigt dat hiermee een handelsoorlog kan ontstaan. Nederlandse luchtvaartmaatschappijen zouden daardoor eveneens slots in de VS kunnen gaan verliezen.
‘Onveranderd’
Tóch liet Van Oord weten dat samen met de slotcoördinator achter de schermen ‘druk bezig is geweest met het zoeken naar oplossingen’. De Schiphol-topman is dan ook van mening dat met ‘wat er nu ligt, hun (Delta, red.) positie niet in gevaar komt’. Desondanks laat de luchtvaartmaatschappij weten dat de zorgen omtrent de situatie op Schiphol ‘onveranderd’ zijn. ‘Het is belangrijk dat het proces van de evenwichtige aanpak in Brussel op de juiste manier gevolgd wordt en dat Schiphol diens mondiale routenetwerk kan behouden’, zegt Delta in een reactie aan De Telegraaf.