Bij wintersport denken we al gauw aan skiën, snowboarden of eventueel langlaufen. Er is echter nog een sport die zeer de moeite waard is, zeker voor de wat oudere toeristen: wandelen. De meeste wandelgebieden liggen in de lager gelegen gedeelten van de Alpen. Maar Zwitserland kent daarop een aantal uitzonderingen, zoals Davos in het kanton Graubünden en het Goms in het Wallis. Er is echter een regio die boven alle wandelgebieden uitsteekt, letterlijk en figuurlijk: het Oberengadin. Up in the Sky bracht een week door in Pontresina op een hoogte van 1.800 meter boven de zeespiegel. Mooier wordt het niet.
Rivier
Engadin betekent letterlijk “dal van de Inn”. Het is dezelfde rivier waaraan Innsbruck in Oostenrijk zijn naam ontleent. Het Engadin bestaat uit twee gedeelten, het Oberengadin en het Unterengadin. Het dal loopt van Maloja in het westen tot aan Martina, waar de Inn een grensrivier vormt met Oostenrijk. Het dal heeft een lengte van 80 kilometer. Ongeveer een kwart daarvan rekent men tot het Oberengadin, het deel van Maloja tot aan S-chanf. In dit gedeelte van het kanton Graubünden spreekt men Reto-Romaans, de vierde officiële taal van Helvetia. In dit verslag stippen we slechts enkele wandelingen en plaatsen aan. Het biedt zeker geen compleet overzicht.
Afgelegen
Het Oberengadin ligt behoorlijk afgelegen en is nauwelijks in een dag vanuit Nederland te bereiken. De afstand Utrecht-Pontresina bedraagt 1.000 kilometer. De autosnelweg verlaat je bij Chur. Rijd vanaf daar via Lenzerheide en de Julierpas in een paar uur naar Pontresina. Om tijd te winnen kun je van Amsterdam het beste vliegen op Flughafen Zürich-Kloten met Swiss of KLM. De luchthaven heeft een eigen treinstation. Na een overstap in Zürich brengt de trein je naar Chur. Ook treinreizigers vanuit Nederland reizen via de hoofdstad van Graubünden. Vanaf Chur rijdt de trein van de Rhätische Bahn over het spectaculaire Albulatraject naar het Oberengadin. Het is een rit van superlatieven met 55 viaducten, 39 tunnels en panorama-uitzichten over een lengte van 61 kilometer.
Zonnig
Het zonnige en meestal sneeuwzekere Oberengadin is een duur vakantiegebied met als uitschieter het mondaine Sankt Mortitz. Wie goed zoekt vindt echter nog wel enkele betaalbare studio’s of appartementen. Up in the Sky logeerde in een studio aan de buitenkant van Pontresina, op een paar minuten lopen van treinhalte Surovas. De Rhätische Bahn heeft op een aantal trajecten haltes, die weinig gebruikt worden. De trein rijdt er dan ook voorbij, tenzij je in de trein of in de wachtruimte op een knopje drukt. Dan weet de machinist dat hij of zij moet stoppen. Een efficiënt systeem, dat “Halt auf Verlangen.”
Gletsjer
In het Oberengadin is tegen een redelijke prijs een ov-kaart te koop. Je hebt dan gedurende een aantal dagen gratis vervoer met trein en (post)bus. Erg handig voor wandelaars, die van het ene (bus)station naar het andere willen lopen. Een prachtige wandeling loopt van station Morteratsch naar de gelijknamige gletsjer. Ga vanaf Pontresina een stuk met de Bernina-spoorlijn richting Tirano in Italië. Dit is ongetwijfeld een van de mooiste spoortrajecten van Europa. Vanaf het stationnetje loop je in een uur door het bos naar de gletsjer. ’s Morgens is het licht voor de fotografen het beste, maar niet te vroeg, want dan ligt de gletsjer nog in de schaduw. Bij het restaurant naast het station kun je ’s middags heerlijk in de zon zitten, als er tenminste plek is.
Airport
Zuoz is een van de authentieke plaatsjes in het Oberengadin. Er staan oude huizen, versierd met scrafitto. Op de terugweg stap je uit bij Bever, eveneens een aardig dorp. Een leuke wandeling, die gedeeltelijk langs de rivier de Inn voert, komt langs Engadin Airport. Het is erg interessant om even te kijken bij dit hoogstgelegen vliegveld van Europa. Tijdens feestdagen, evenementen en in de weekenden staat het vliegveld meestal vol business jets voor de rich and famous. Ook helikopters van Heli Bernina, Swiss Helicopter en de reddingsorganisatie Rega vliegen af en aan. Je kunt er prachtige foto’s maken. Lopend of per bus ga je naar het station van Samedan en vandaar terug naar je verblijfplaats. De afstanden zijn kort, het openbaar vervoer efficiënt.
Dichtgevroren
In het Oberengadin liggen een paar meren, die in de winter meestal goed dichtgevroren zijn. Het gaat om de St. Moritzersee, Silvaplanersee en Silsersee. Op eerstgenoemd meer vinden paardenraces plaats, genaamd White Turf. Fraaie wandelpaden voeren je langs en zelfs over de meren. Het plaatsje Sils im Engadin is een bezoek zeker waard, al is het maar vanwege de schilderachtige ligging tussen de meren. De Duitse filosoof Friedrich Nietzsche heeft er zeven zomers doorgebracht. Het huis waar hij verbleef is te bezichtigen. Vlakbij loopt een bosrijk wandelpad naar het Val Fex.
Driehoek
De driehoek Pontresina-Celerina-Samedan ligt naar het zuiden helemaal open. Het zijn zonnige plaatsjes met prima wandelmogelijkheden, bijvoorbeeld langs het oude kerkje San Gian met zijn door de bliksem getroffen toren uit de vijftiende eeuw. Je loopt dan gedeeltelijk langs de loipes van de beroemde Engadiner Ski Marathon, die jaarlijks in maart plaatsvindt. In het winkelcentrum bij Samedan kun je tussen de middag goedkoop warm eten in het Migros-restaurant. Een andere populaire wandelroute gaat vanaf het station bij Pontresina door het autovrije Val Roseg naar de gletsjers van de Berninagroep. Een arrenslee is beschikbaar voor de heen en/of terugtocht.
Uitzicht
Het beste uitzicht over het Oberengadin heb je tijdens de hoogtewandeling op de Muottas Muragl. In de ochtend is het licht prachtig over de bevroren meren bij Sankt Moritz en Sils. Pak de trein naar Punt Muragl en stap daar over op het bergtreintje, dat je in een mum van tijd naar 2.450 meter brengt. Daar wachten een restaurant en uniek winterwandelgebied. De grote rondwandeling duurt 1,5 uur. Er zijn boven echter ook kortere wandeltochten te maken, bijvoorbeeld de Philosophenweg van 45 minuten. Langs dit pad staan bordjes met inspirerende citaten.
Topper
Het Oberengadin is een absolute topper als vakantiegebied, zowel in de winter als in de zomer. Wie de Berninatrein neemt, UNESCO-werelderfgoed, rijdt in een paar uur van de gletsjers naar de Italiaanse palmen. Een bezoek aan het hoogstgelegen vliegveld van Europa is voor luchtvaartfans een must. De uitgebreide voorzieningen, de prima infrastructuur en het heerlijke zonnige klimaat zijn onovertroffen. Het aanbod van de winterwandelingen in de bergen en in het dal is veel groter dan hier beschreven. Uiteraard zijn ook de ski- en snowboardmogelijkheden eindeloos. Mooier wordt het niet.
Unieke kans: win een proefles elektrisch vliegen!
Kom op 5 april langs bij E-Flight Academy op Teuge Airport en maak kans op een proefles elektrisch vliegen.
