De eerste Boeing P-8A Poseidon voor de Duitse marine maakte vorige week haar eerste vlucht vanaf de fabriek in Renton, Washington.
De Bundeswehr liet weten dat de vlucht enkele maanden later plaatsvond dan gepland omdat de machine begin februari pas terecht kon in de spuithal. ‘Nu was [De P-8, red.] klaar om op te stijgen. Het ging om een herpositionering naar een andere Boeing-faciliteit, waar het vliegtuig wordt uitgerust met speciale apparatuur en sensoren.’ Naar verwachting wordt het exemplaar in augustus afgeleverd aan de Duitse marine.
In 2021 plaatste de Bundeswehr een bestelling voor vijf toestellen. Eind 2023 werd aangekondigd dat er nog eens drie extra machines waren aangekocht. De vliegtuigen zouden aanvankelijk dienen als tussentijdse vervanging voor de verouderde vloot van zes Lockheed P-3C Orion-vliegtuigen. Inmiddels zouden de Poseidon-vliegtuigen niet meer als tussenoplossing worden gezien omdat een poging van Frankrijk en Duitsland om gezamenlijk een maritiem patrouillevliegtuig te ontwikkelen op niets uitliep. Airbus kondigde onlangs aan samen met Thales een Marine Patrol Aircraft (MPA)-versie van de A321XLR te gaan ontwikkelen.
Lossiemouth
De Duitse P-8-vloot krijgt Marinefliegerhorst Nordholz, ten noordwesten van Hamburg, als basis. De toestellen zullen sporadisch ook vanuit Engeland opereren. Groot-Brittannië en Duitsland tekenden eind vorig jaar een nieuw militair pact om samen te gaan werken op defensiegebied. Als de Duitse Poseidons operationeel zijn worden deze, als onderdeel van het Trinity House-akkoord, ingezet vanaf de Schotse luchtmachtbasis RAF Lossiemouth, waar ook de Britse P-8-vloot gebaseerd is.