Vorige maand is het boek “De luchtoorlog boven Nederland 1939-1945” verschenen. Het boek is uitgegeven ter gelegenheid van het vijftigjarig jubileum van de Studiegroep Luchtoorlog 1939-1945 (SGLO). Up in the Sky sprak met Ivo de Jong, samensteller van het boek en voorzitter van de SGLO.
De Studiegroep Luchtoorlog kreeg enige bekendheid, toen in 2019 het “Nationaal Programma Berging Vliegtuigwrakken” van start ging. Op basis van onderzoek door de SGLO kwam er een nationaal bergingsplan. Dankzij de inzet van de Studiegroep werd dit vervolgens aangenomen door de Tweede Kamer. ‘De luchtoorlog boven Nederland behelst echter veel meer dan de vele vliegtuigen die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn neergestort’, vertelt Ivo de Jong.
Gebundeld
In het boek zijn artikelen gebundeld die sinds 1975 zijn verschenen in het “Bulletin Air War”, het magazine van de SGLO. De Jong: ‘Elke dag gebeurde er wel iets in die periode, van beschietingen van treinen en aanvallen op villa’s en kasteeltjes die als Duits hoofdkwartier dienden, tot aan pilotenhulp en reddingen van neergestorte vliegers uit zee. En dan hebben we het nog niet eens over de ‘grote’ gebeurtenissen als Market Garden, de bombardementen op steden als Rotterdam en Nijmegen en de voedseldroppings aan het einde van de oorlog. Het idee achter het boek was dus om de luchtoorlog boven Nederland te beschrijven, met ook aandacht voor de details en kleinere gebeurtenissen. Tegelijkertijd is het onmogelijk om álles te beschrijven, want dan wordt het een erg saaie en droge opsomming.’

Terugkijken
Het vijftigjarig bestaan van de SGLO was aanleiding om terug te kijken naar alle artikelen die in de loop van de jaren zijn gepubliceerd in het magazine. ‘In het bulletin zijn sinds de oprichting zoveel mooie verhalen verschenen. Maar omdat het bulletin een kleine oplage heeft, hebben die artikelen nooit een breed publiek bereikt. Toen het idee voor een boek ontstond, ben ik begonnen met een overzicht van welke onderwerpen aan bod zouden moeten komen. Naast de gebeurtenissen die ik al noemde, zijn dat bijvoorbeeld de Nederlanders in de RAF, maar ook buitenlandse vliegers in dienst van de RAF die in Nederland zijn neergekomen.’
Boekwaardig
‘Vervolgens heb ik alle 450 bulletins doorgenomen en een keuze gemaakt van artikelen die “boekwaardig” waren. Vervolgens heb ik een verdere selectie gemaakt, kijkend naar bijvoorbeeld de regio, de auteur, het moment van schrijven en ook het onderwerp. Ik heb gestreefd naar zoveel mogelijk spreiding en variatie. Dus zowel oudere artikelen uit de beginperiode van de SGLO, als meer recente. Verder zoveel mogelijk verschillende auteurs en uiteraard ook variatie in regio en in onderwerpen. Het digitaliseren van oudere artikelen en het verzamelen van passend fotomateriaal is ook nog een hele klus geweest. Het bulletin bestond in de beginperiode uit getypte en gestencilde pagina’s, meestal zonder beeldmateriaal. Dat is een groot verschil met hoe we nu het bulletin maken, met digitale print-on-demand kunnen we tegenwoordig een mooi blad maken met goede afdrukkwaliteit van foto’s. Ook is er in de loop van de jaren nog veel archiefmateriaal vrij gekomen. Dat zijn dan archieven die open zijn gegaan, maar dankzij bronnen als Ebay komen er ook nog regelmatig foto’s beschikbaar.’
Niet-Nederlands
Eén van de minder bekende onderwerpen zijn de vele niet-Britse RAF vliegers die boven Nederland zijn neergeschoten. Een voorbeeld daarvan is de Noorse Rolf Arne Berg. ‘Rolf Arne Berg is zeg maar de Plesman van Noorwegen, echt een legendarische naam in de Noorse luchtvaarthistorie. Ik heb het artikel over Berg uitgekozen als één van de voorbeelden van buitenlandse vliegers die dienst namen in de RAF en hebben bijgedragen aan de bevrijding van Nederland.’

Bergingsprogramma
Meer dan 5500 geallieerde, Duitse en Nederlandse vliegtuigen zijn tussen 1939 en 1945 boven Nederland neergekomen. Van een groot deel daarvan liggen er nog restanten in de grond. Maar het is ondoenlijk om die allemaal op te laten graven. De Jong: ‘ Het bergen van vliegtuigwrakken is een kostbare zaak en ook vaak niet nodig. Als Studiegroep hebben we een jaar of tien geleden onderzoek gedaan en ons gericht op de vraag: “Waar liggen nog wrakken, waarbij de kans groot is dat er nog stoffelijke overschotten te vinden zijn?” Dit met als doel om eventuele vermiste bemanningsleden alsnog te identificeren.’ Het aantal “kansrijke bergingen” was niet heel groot , het bleek te gaan om zo’n 30 tot 50 neergestorte toestellen. Sinds 2019 is begonnen met het bergingsprogramma, dat volledig gefinancierd wordt door het Rijk. In het boek komt de betrokkenheid van de SGLO bij de totstandkoming van het nationaal bergingsprogramma en enkele recente bergingen ook aan bod.
Met ruim 500 pagina’s is het een zeer omvangrijk boek. De bijna 60 hoofdstukken staan in chronologische volgorde, van de neutraliteitsperiode in 1939 tot aan de voedseldroppings in 1945. Daarnaast heeft elk oorlogsjaar een inleiding en zijn er hoofdstukken over enkele wrakkenbergingen. Het boek geeft een goede dwarsdoorsnede van wat er gebeurde in de oorlogsjaren in het luchtruim boven Nederland. Geen boek wat je van voor tot achter in één adem uitleest, maar wel zeer lezenswaardig.
- De luchtoorlog boven Nederland 1939-1945 – Bijdragen door de Studiegroep Luchtoorlog
- Ivo de Jong (samenstelling) e.a.
- Hardback | 504 pagina’s
- ISBN: 9789083312262 | Uitgeverij Geromy, 2025 | € 59.95
- Verkrijgbaar bij Aviation Megastore, Flash Aviation en via de uitgever